ON THE ROAD
een serie
schilderijen geïnspireerd door de Camino de Santiago
In oktober 2010, ruim vier maanden nadat ik was
teruggekeerd uit Santiago de Compostela besloot ik om naast het boek dat ik
tijdens de zomermaanden begonnen was te schrijven, ook een reeks schilderijen
te gaan maken. Het geheel, boek en schilderijen, moest, zo stond me voor ogen,
een soort Gesammtkunstwerk worden. De
fietstocht, begonnen op 24 april 2010 in Grubbenvorst, samen met Peter als
compañero, eindigde op 24 mei op het Praza do Obradoiro, het reusachtige plein
voor de nóg reusachtiger kathedraal van Santiago. Vijf dagen later vlogen we
vanuit Porto terug naar huis. En kwam er een einde aan mijn fietstocht die ruim
vijf weken duurde.
|
de kathedraal van Burgos |
Omdat de eigenlijke Camino pas begint aan de voet van de
Pyreneeën, hoewel er dan al bijna twee derde van de tocht op zit, markeerde ik
Saint-Jean-Pied-de-Port als startpunt van mijn Camino op doek. Het moesten, in
mijn beleving, schilderijen worden die lezen als een soort dagboek, niet voor
wat betreft allerlei landschappen waar ik doorheen fietste, maar meer vanwege
de ervaring. Hoe zwaar was het in regen en kou bergop te fietsen, of hoe
eenzaam kon het zijn op de hoogvlakte van de Meseta? Hoe tref je het Europees
erfgoed aan op die lange weg, en waarom lopen en fietsen al die mensen naar de
‘sterrenvelden’ in Galicië?
Ik begon met het uitzetten van de piketpaaltjes. De
plekken die voor mij tijdens het fietsen een bijzondere betekenis hadden of
kregen. Tien werden het er. Te beginnen bij Saint-Jean-Pied-de-Port. Om via
Roncesvalles, Puente la Reina, Santo Domingo de la Calzada, Burgos, de Meseta,
León, Cruz de Ferro en O Cebreiro ten slotte te eindigen in Santiago de
Compostela. Het zwaarste deel van de ongeveer 2500 kilometer lange fietstocht
zat als venijn in de staart: de verovering van de Pyreneeën en de
calvariebergen van Cruz de Ferro en O Cebreiro.
De hel op aarde voor een niet echt doorgewinterde fietser. Het afzien
moest op het doek zichtbaar zijn, evenals het bijna freewheelen op meditatieve
gedachten over de oneindige, op een hoogte van bijna 900 meter gelegen Meseta.
Het doel was de Weg. De Camino. En die stopte abrupt bij de granieten
kathedraal van Sint Jacob.
Ik besloot tot het aanbrengen van een bijna vijf
centimeter blauwe rand met op verschillende plekken een wat voorzichtig
zichtbare gele Jacobsschelp zoals die op de Camino worden gebruikt om pelgrims
de weg te wijzen. Als verbindend element tussen de verschillende schilderijen. Geel
op blauw. Niet dat het een strakke omlijsting moest worden, want de rest van
het schilderij diende op een natuurlijke wijze door te lopen in het blauw.
Op sommige schilderijen kopieerde ik korte dagboekelementen
uit mijn eigen manuscript van ‘On the Road – een odyssee per fiets naar
Santiago de Compostela’ en voegde ze nagenoeg integraal toe op het doek. In
andere gevallen zijn het authentieke citaten uit literaire teksten die een
verbinding hebben met de plek waarnaar het schilderij genoemd is. Daarnaast
bracht ik in elk schilderij een drietal kleine foto’s (4x14 cm.) in die als een
soort fotodagboek moesten dienen.
|
Schetsen in mijn atelier |
Niet alleen met verf is te schilderen. Dat was voor mij
de reden om, naast de kleine foto-elementen, er ook allerlei andere materialen
in te verwerken: lood, papier, klei, vezels en steengruis van diverse
steensoorten.
Vanmorgen begonnen aan mijn laatste schilderij in de
reeks van tien: Santiago de Compostela. Vanwege Pasen moet er de zegen van de
baas zelf van de kathedraal, de Morendoder Sint Jacobus, Santiago dus, wel op
rusten. Het is een snelle houtkoolschets van de imposante kerk in het verre
Galicië. Waar het dezer dagen lenteweer is, in tegenstelling tot hier. Graag
had ik er gefietst in deze tijd, maar je moet iets te dromen hebben…
|